Gastblog van het Amsterdamse Bos - Reacties
Filter op categorie
Bijdragen uit het archief
- Bijdragen juni 2022
- Bijdragen juni 2021
- Bijdragen mei 2021
- Bijdragen april 2021
- Bijdragen februari 2021
- Bijdragen januari 2021
- Bijdragen december 2020
- Bijdragen oktober 2020
- Bijdragen september 2020
- Bijdragen augustus 2020
- Bijdragen mei 2020
- Bijdragen april 2020
- Bijdragen februari 2020
- Bijdragen januari 2020
- Bijdragen december 2019
- Bijdragen november 2019
- Bijdragen oktober 2019
- Bijdragen september 2019
- Bijdragen augustus 2019
- Bijdragen juli 2019
- Bijdragen juni 2019
'Een van Amsterdam’s schoonste wandelingen, inderdaad een der mooiste ter wereld', zo noemde Jac. P. Thijsse het rondje Nieuwe Meer. Toen hij onderwijzer was in de Jordaan, maakte hij die wandeling met de hoogste klassen. Gewoon vanaf de school op de Passeerdersgracht. Het rondje plus een extra stukje dus. Als die kinderen dat eind 19de eeuw al deden, kan ik toch niet achterblijven.
Dat dacht ik toen ik de uitnodiging zag van de Vrienden van de Oeverlanden. In de voetsporen van Thijsse gingen zij dit rondje lopen. Bij Thijsse’s pleidooi in 1908 voor een nieuw bos, had hij een parklandschap voor ogen met de Nieuwe Meer als centrale waterpartij. De beste manier om zoiets te ervaren is te voet. Dus stond ik zondagmorgen 24 april klaar voor een stevige stappartij. Zo’n 12 kilometer. Voor de echte langeafstandswandelaar nog niks natuurlijk, maar flink meer dan een uurtje wandelen.
Nachtegalen
De wandeling startte in de Noordelijke Oeverlanden heel toepasselijk bij De Waterkant, een NME (Natuur en Milieu Educatie)-centrum aan de Nieuwe Meer. Zo’n 25 deelnemers werden vergast op prachtige vogelconcerten, met als hoogtepunt meerdere nachtegalen. Die blijken niet alleen ’s nachts te zingen, maar juist ook overdag! Nog nauwelijks begonnen was de wandeling al geslaagd. Het werd een hele gevarieerde wandeltocht daar aan de noordkant. Gids Nico voerde ons langs schildpadden, een kolonie solitaire grijze zandbijen, Schotse hooglanders (ook daar ja) en nog veel meer. Om dan op de brug over de Ringvaart het hoogste punt van de wandeling te bereiken.
Koekoekslaan
Tot mijn verbazing ging de wandeling nog wat verder door naar het westen om vervolgens via het Koekoekslaantje weer richting Ringvaart te gaan. Dat is het dijkje langs het golfterrein. De koekoekslaan blijkt de oude oever van het Haarlemmermeer te zijn. Omdat er voor de scheepvaart geen scherpe bochten in de Ringvaart mochten komen, hebben ze die in de 19de eeuw gewoon dwars door de Riekerpolder gegraven. En zo ligt er in de Haarlemmermeerpolder een stukje hoger land, een puntje voormalige Riekerpolder uit 1636. Een geliefd stukje voor watervogels bovendien. Wij kwamen er wintertalingen tegen (een eendensoort), en er schijnen ook geregeld lepelaars te komen snacken.
Het pontje van Ome Piet
Aan het eind van de Koekoekslaan kwamen we weer bij de Ringvaart en in de verte lag het Pontje van Ome Piet al klaar. Maar omdat de groep te groot was om met z’n allen tegelijk op de pont te passen, werd het een mooi pauzemoment. Daarna zette de gids er flink de sokken in, langs Boerderij Meerzicht bovenlangs polder Meerzicht, terug naar de Koenenkade en dan alsmaar rechtdoor. Terwijl er toch hier in het Bos alle aanleiding is voor een slingertje hier en een slingertje daar. Zoals door de Meerzichteilanden, naar het vogeluitkijkpunt, bij de heringerichte 'Waterentree' met z’n vele waterniveaus, bijzonder meubilair, het stap-plankenpad, sluizen, en meer. Maar misschien had hij gelijk, als je alles wilt zien in het Bos dan kom je nooit meer thuis.
Nieuwe Meersluis
Om weer aan de andere kant van het water te komen moest je in de tijd van Thijsse vanaf de Koenenkade via de Amstelveenseweg naar de Overtoomsche sluis wandelen. Wij konden een stukje afsnijden en via de Jachthavenweg naar de Nieuwe Meersluis lopen. De Nieuwe Meersluis is de opvolger van die Overtoomsche sluis en ligt een stuk zuidelijker in de Schinkel.
Doordat ik me na afloop van de wandeling nog eens verdiepte in Thijsse’s beschrijving van de wandeling, kwam ik erachter dat er rond 1923 plannen zijn geweest om deze nieuwe sluis midden in het Nieuwe Meer te leggen. De in die tijd zeer bekende Mr. Dirk Hudig – o.a. voorvechter voor volkshuisvesting - slaat alarm in de krant:
'Is het bekend, dat een ingrijpend plan op weg naar uitvoering is, waardoor aan de schoonheid van de Nieuwe Meer voorgoed een einde wordt gemaakt. De zaak is deze. Er is een nieuwe schutsluis geprojecteerd... ...De breede, prachtige kom van de Nieuwe Meer wordt middendoor gesneden... ...Men kan de vraag niet onderdrukken of de ingenieurs, die deze oplossing hebben voorbereid, besef hebben gehad van de noodlottige natuurschending, die de uitvoering van hun plan voor Amsterdam beteekent, besef hoe zij een van de weinige gelegenheden voor ontspanning en sport in de vrije natuur in de onmiddellijke nabijheid van Amsterdam vernietigden.'
Goede stedenbouw zou zich volgens Hudig moeten richten op behoud van natuur en ontspanning zowel binnen de bebouwing als bij de stad. Dit om te voorkomen dat natuur steeds moeilijker bereikbaar wordt.
Nooit meer hetzelfde
Naar aanleiding van Hudigs artikel ontstaat een levendige discussie. Ook Thijsse doet een maand later een duit in de zak: '... Wij vragen ons af, of het niet mogelijk zou zijn de sluis te ontwerpen niet in het Nieuwe Meer, maar in de Schinkel zelve, waar aan weerszijden van de spoorwegbrug, die er ook al komt, toch wel ruimte genoeg te vinden is, ook vrij van die brug. Werkelijk, het behoud van natuurschoon, het behoud van goede gelegenheid tot gezonde en verheffende ontspanning is een levensbelang voor Amsterdam.'
Ik weet niet of het aan deze twee heren te danken is, maar de nieuwe sluis is gekomen op de plek die Thijsse voorstelde. Honderden keren of meer ben ik die sluis over gefietst naar het Bos, zonder te weten dat die sluis daar een belangrijke overwinning voor natuur- en landschapsbeschermers was. Via de Nieuwe Meersluis naar het Bos fietsen zal nooit meer hetzelfde zijn voor mij. En dat rondje Nieuwe Meer ga ik nog eens lopen. Met wat extra slingertjes natuurlijk en hopelijk alle rust van de wereld om bewust te genieten van die bijna verdwenen weidsheid van de Nieuwe Meer.